Wat is het probleem
Omdat overheidsinstanties het only once principe niet toepassen, stijgt de administratieve druk én krijgen vzw’s alsmaar meer problemen met banken.
Wat hebben verenigingen hiermee te maken?
Verenigingen zijn vaak vzw’s. Zij moeten aan allerlei regelgeving voldoen en vaste, jaarlijkse, procedures volgen. Bij veel van die procedures moeten ze telkens opnieuw dezelfde gegevens invoeren. Als ze nu zelfs om een bankrekening te openen of die te behouden nóg extra formulieren van privé-instanties (nl. banken) moeten invullen die bovendien zeer complex zijn, terwijl de overheid die info al heeft, dan is dit pure kafka. Maar wel met ingrijpende gevolgen.
Waarop botsen verenigingen?
Banken moeten de identiteit van de ‘ultieme begunstigden’ van ondernemingen (en ook vzw’s) verifiëren omwille van de anti-witwaswet. Ze vragen die informatie rechtstreeks op bij vzw’s en de bestuurders ervan. Als de bank die informatie niet of onvolledig krijgt, wordt de bankrekening van de vzw afgesloten. Omwille van ’de-risking’ weigeren banken zelfs vaak om rekeningen te openen voor vzw’s. Dit terwijl een vzw de info over hun ‘ultieme begunstigden’ al invullen in het UBO-register. Dubbel werk dus, met ingrijpende extra risico’s.
Welke verenigingen hebben hier last van?
Alle vzw’s. Zij moeten sowieso aan jaarlijks terugkerende wettelijke verplichtingen voldoen.
De oplossing?
Samen met Febelfin en veel andere organisaties vragen we dat overheidsinstanties het wettelijk verplichte “only once” principe daadwerkelijk en consequent toepassen. Concreet moeten de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO), het UBO-register en het Belgisch Staatsblad met elkaar verbonden worden. Zo komt een ‘direct flow’ tot stand, vertrekkend van de griffie, over het Belgisch Staatsblad en de KBO, naar het UBO-register, dat door de banken rechtsgeldig kan geraadpleegd worden.
Wie kan dit oplossen?
De federale ministers van Financiën (UBO), Justitie (BS) en Economie (KBO).